maandag 4 juni 2012

Verwerkingsopdracht Verlichting


Hieronymus van Alphen, Kleine gedigten voor kinderen

In 1778 verscheen Kleine gedigten voor kinderen. Van Alphen begon met schrijven toen zijn vrouw overleden was en hij de zorg van zijn kinderen op zich nam. Er was op dit moment weinig kinderliteratuur. Hij inspireerde zijn werk op eerder geschreven Duits werk. De gedichten sloegen enorm aan. Van Alphen begon het leuk te vinden en begon steeds meer gedichten te schrijven. Een van zijn bekendste stukken is de Pruimenboom, met het bekende stukje ‘Jantje zag eens pruimen hangen’.
Hieronymus van Alphen is representatief voor de verlichtingsliteratuur. Hij paste goed in zijn tijdsbeeld, zijn gedichten hebben een duidelijke en simpele opbouw en zijn gedichten zijn sterk moralistisch. 

In de verlichting kwam er meer aandacht voor het kind. Zoals in de inleiding aangeduid bestond er op dit moment nog nauwelijks kinderliteratuur. Het kind kreeg meer waarde en dus moest er ook kinderliteratuur komen. Voor de 18e waren kinderen mini mensjes. Terwijl dit beeld totaal veranderde en kinderen werden gezien als mensen die bepaalde vrijheden moesten hebben en ruimte om te spelen. Dit is duidelijk terug te vinden in de gedichten van Van Alphen. Kinderen worden neergezet als onschuldige wezens, die moeten leren, maar ook moeten spelen. Kinderen komen ongeschonden als een geschenk van God op de wereld. Een kind moet rustig benadert worden en de ouder heeft een voorlichtende rol. Zeker in de eerste jaren moet men oppassen en het kind beschermen van het kwaad. Van Alphen past dus met zijn denkbeelden goed in de verlichting. Hij heeft een duidelijke interesse in kinderen en benadert ze ook met de gedachte van deze tijd.

De gedichten van de verlichting worden gekenmerkt door een simpele opbouw. De gedichten van Van Alphen bestaan ook uit makkelijke rijm systemen. In de gedichten zit een duidelijk regelmaat. Als we bijvoorbeeld naar de pruimenboom kijken, dan valt op dat op twee versregels elke keer een zin verspreid staat. De 2e versregel en de 4e rijmen. De oneven versregels rijmen niet. Een rijmdeel bestaat uit 4 versregels. De structuur ziet er dan als volgt uit:  X A X A X B X B X C X C X D X D X E X E X F X F. De structuur is niet ingewikkeld. Ook de zinnen zijn kort en de gedichten lezen snel. Van Alphen gebruikt simpele taal. De gedichten zijn natuurlijk voor kinderen bedoeld, dus zou het raar zijn als dit niet het geval was. Maar het is in ieder geval kenmerkend voor de verlichting dat de poëzie een eenvormige structuur heeft. Dit is duidelijk terug te vinden bij van Alphen dus past hij ook op dit front in de verlichting.

De verlichtende schrijver schreef met het doel om de lezer ( de burger) op te voeden. In de poëzie wordt dit vertaald door moralistische gedichten. In elk gedicht is dit wel terug te vinden. In het gebroken glas is de moraal dat je eerlijk moet zijn, als je eerlijk bent dan wordt je niet gestraft. Terwijl die gene die zwijgt juist harder gestraft wordt. In de ledigheid gaat het er juist om dat kinderen hard hun best moeten doen om meer te leren. In de gedichten komt duidelijk naar voren dat kinderen hard moeten leren, tevreden moeten zijn met wat ze hebben en eerlijk moeten zijn. Ook is vaak een thema godsdienst. Dit is alleen meer in de vorm van eerlijkheid, want God ziet alles. Ook moeten kinderen luisteren naar hun ouders, dan worden ze beloond. Zoals ook al eerder aangeduid had de ouder een voorlichtende rol in de verlichting. Dit is ook duidelijk terug te zien. Ze gebruiken niet de harde hand, maar belonen het kind voornamelijk als deze iets goeds doet. Hier kunnen we dus ook weer constateren dat Hieronymus van Alphen goed in de verlichting past door de moralistische gedichten. 

Hieronymus van Alphen is zeker representatief voor de verlichting. Hij past goed in de denkbeelden van deze tijd. Hij houdt zijn gedichten simpel en gebruikt makkelijke taal. Daarnaast schrijft hij moralistische poëzie, wat zeer kenmerkend is voor de verlichting. Hij is een man van de verlichting.

1 opmerking: